Clubs zelf

De eerste verkoper is per definitie de club zelf. Vrijwel alle profclubs zijn van oorsprong ledenclubs. Sommigen zijn dat nog steeds met de ‘socios’ van FC Barcelona als bekend voorbeeld van leden die nog steeds stemmen om de voorzitter te kiezen.

Romantiek tot het geld op is

Veel Europese clubs hebben vennootschaps- of vergelijkbare structuren aangenomen waardoor zij verkocht kunnen worden en een daadwerkelijke eigenaar kunnen hebben.

Wanneer er een club voor het eerst in de verkoop komt, ligt daar vrijwel per definitie een financiële reden aan te grondslag. Dat is anders dan in het bedrijfsleven, bedrijven kunnen ook verkocht worden omdat er geen opvolging is, opgaan in andere bedrijven met een aandelenruil, enzovoorts.

Financiële nood

De redenen kunnen verschillen maar in de praktijk betreft het vrijwel zonder uitzondering financiële nood. Het voortbestaan van de club is in gevaar, en er wordt iemand gezocht die de financiële tekorten wil aanvullen en de financiële rust kan herstellen.

Een voorbeeld is FC Den Bosch dat in 2020 aldus het FD “zichzelf nadrukkelijk in de etalage heeft gezet” omdat “FC Den Bosch niet langer op eigen benen kan staan”. Quote in het FD: “ze zitten zo omhoog dat ze iedere idioot met een zak geld ontvangen”.

Uit de akties die ondernomen worden en partijen waarmee gesproken wordt blijkt dat de nood hoog is. Dat dit zo open en bloot in de pers verschijnt versterkt niet bepaald de onderhandelingspositie van de club: “FC Den Bosch is een makkelijke club voor investeerders. Dat is bekend in het wereldje”.

De prijs die circuleert van 2 á 2,5 miljoen euro betreft circa 0,7 keer de begroting, hetgeen voor een voetbalclub extreem laag is.

Verkoop van stadions

Omdat de verkoop van de club zelf als uiterste wordt gezien, wordt er eerst naar alternatieven gekeken. Zo wordt vaak eerst gekeken of het stadion in een aparte entiteit kan worden ondergebracht en apart verkocht en geexploiteerd kan worden.

Recentelijk was de mogelijke verkoop van het stadion Van NAC door de gemeente Breda in het nieuws. Al in 2003 had de gemeente het stadion van NAC gekocht om zo de club te redden (de spreekwoordelijke ‘stap 1’).

Bij NAC zagen we dat een Nederlands consortium een focus had op commerciële exploitatie van het vastgoed die in niet met het voetbal zelf te maken had: evenementen, winkels en horeca. Dat wel, het betroffen lokale ondernemers die handelden in het belang van NAC en de lokale maatschappij (de transactie is overigens niet doorgegaan).

Hoewel stadions en (koos)namen verbonden zijn aan de cultuur en het image van een club, heeft de verkoop hiervan de karakteristieken van een vastgoedtransactie en niet die van een clubtransaktie.

Met ambitie naar de beurs

Een positievere reden, althans vanuit financieel oogpunt, is als clubs vanwege ambitieuze redenen ‘geld ophalen’ door naar de beurs te gaan. Hiervoor dient de clubstructuur eerst te worden omgezet naar een vennootschapsstructuur waarna dan  doorgaans een minderheidsdeel van de aandelen via de beurs wordt verkocht.

Het enige Nederlandse voorbeeld is AFC Ajax NV dat in 1998 naar de Amsterdamse beurs ging. Hierbij werd 27% van de aandelen geplaatst dat Ajax een bedrag van circa 56 miljoen euro opleverde en daarmee de club waardeerde op 207 miljoen euro.

De totale omzet van Ajax bedroeg dat jaar 40 miljoen euro (88,4 miljoen gulden). De omzetfactor bedroeg op dat moment maar liefst 5,2.

Ajax is de enige club in Nederland die naar de beurs is gegaan. In internationaal perspectief kan gesteld worden dat deze weg vrijwel niet gebruikt is. Er zijn slechts 24 Europese clubs naar de beurs gegaan (waarvan Manchester United een notering in New York heeft). Precies de helft uit drie landen: 5 uit Denemarken, 4 uit Turkije en 3 uit Italië. Vanuit Engeland, Frankrijk en Duitsland ieder slechts één club en vanuit het vijfde grote voetballand Spanje geen één.

Clubs die naar de beurs gaan moeten aan de bijbehorende vereisten voldoen en een prospectus uitbrengen. Dit zijn geen clubs in nood maar clubs met ambitie, het prijskaartje is hoog. Er is echter sprake van uitzonderingssituaties, de beurs wordt vermeden.

Samengevat

Als clubs ‘zichzelf verkopen’ is dat doorgaans vanwege financiële nood. Mogelijk wordt eerst het stadion verkocht, maar uiteindelijk zal de rechtsvorm van een club omgezet worden en kan de club verkocht worden.

Als clubs zichzelf in de verkoop zetten, zien we de factor 0,7 terugkomen en weten kopers dat de prijs ‘interessant’ zal zijn. In geval van een ambitieuze beursgang blijken factoren van boven de 5 mogelijk te zijn.

Meer informatie?

Meer informatie over dit onderwerp of makkelijk een andere vraag stellen?

Contact opnemen kost minder dan een minuut

Meer informatie

Binnen 1 werkdag reactie. Geen kosten

FC Footballclub

Barcelona

Rambla de Catalunya 25
08007 Barcelona
Tel. +34 93 215 12 23

Amsterdam

Emmastraat 28
1075HV Amsterdam
Tel. +31 020 208 200 034

E-mail algemeen

team@fcfootballclub.com

Directie

Clubwaardering & Trajectbegeleiding

Jeroen Oskam
LinkedIn
jeroen@fcfootballclub.com

Interim Club Manager

Vincent Solleveld
vincent@fcfootballclub.com

Bedrijf achter
FC Footballclub.com

EuroEconomics.com